woensdag 26 oktober 2011

De computer als reddingsboei voor dyslectici

Bronnen:

Tekst:

Wat een computer kan betekenen voor een leerling met dyslexie wordt mooi verwoord door Dirk Seresia, voorzitter van vzw Die-’s-lekti-kus in een artikel in Het Belang van Limburg (2007): “Een computer voor een kind met dyslexie is hetzelfde als een bril voor een slechtziende leerling. Jammer genoeg moet het kind met een leerstoornis nog te vaak zonder bril in de klas zitten.”

Tegenwoordig kunnen leerlingen met dyslexie (leesproblemen) of dysorthografie (spelproblemen) ondersteund worden door voorleessoftware (zoals bijvoorbeeld Sprint of Kurzweill) vanop hun laptop. Deze voorleesprogramma’s maken het mogelijk om tekst op het scherm voor te lezen. Dit wordt ondersteund door een woordvoorspeller en een spellingscorrectie.
Uit het artikel in Klasse (2011) blijkt dat heel wat leerkrachten moeite hebben om een laptop, met dergelijke ondersteunde programma’s voor leerlingen met lees- en spelproblemen, in de klas te implementeren. Ook technisch zorgt het voor wat problemen. Toch stelt het VN- verdrag dat leerlingen met een beperking recht hebben op hulpmiddelen.

De voordelen van het gebruik van voorleesprogramma’s op een laptop:

  • Stimuleert de zelfstandigheid van leerlingen: de (zorg)leerkracht moet alle teksten niet meer voorlezen.
  • Mogelijkheid om dergelijke voorleesprogramma’s thuis te gebruiken: voorleesprogramma’s draaien rechtstreeks vanaf de USB stick en dienen dus niet te worden geïnstalleerd.
  • Grotere motivatie bij leerlingen om te leren en om verder te studeren na het secundair onderwijs. In het hoger onderwijs worden ook al dergelijke programma’s gebruikt.
  • Verhoogt het zelfbeeld van leerlingen met een leerstoornis.

Bedenkingen:

  • Wie bepaalt welke leerlingen gebruik mogen maken van dergelijke voorleesprogramma’s? Wat zijn de criteria? Is het wel eerlijk tegenover kinderen die ook te maken hebben met lees- en spellingproblemen, maar geen diagnostisch label hebben gekregen?
  • Mogen deze compenserende maatregelen ook gebruikt worden tijdens toetsen of examens?
  • Kan die leerling de eindtermen halen als hij niet kan spellen zonder hulpmiddelen?
  • Hebben alle leerlingen de mogelijkheid om de voorleesprogramma’s thuis te gebruiken?
  • Kostprijs van dergelijke voorleesprogramma’s.
  • Tijdsintensief: papieren documenten inscannen en digitaliseren.
  • Technische problemen: wirwar van bedrading van de laptops.

Het is belangrijk dat alle leerkrachten binnen het leerkrachtenteam voldoende op de hoogte zijn van de mogelijkheden en gebreken van voorleesprogramma’s voor leerlingen met leerstoornissen. Een vereiste is dan ook dat leerkrachten zich op dit vlak voldoende informeren en opleidingen/bijscholing volgen.
Een tweede aandachtspunt is dat het gebruik van een laptop in de klas geen op zichzelf staande maatregel mag zijn, maar behoort tot één van meerdere aanpassingen: namelijk de STICORDI-maatregelen (=stimuleren, compenseren, remediëren, differentiëren en dispenseren).

Naast het bestaan van voorleesprogramma's biedt ook de iPad mogelijkheden om kinderen te helpen met leerproblemen. Onze medestudente, Annelies, heeft dit in onderstaand bericht (over iPad's binnen het onderwijs) al kort aangehaald.
De auteur van het tweede artikel (http://www.leesvoer.be/onderwijs/de-ipad-als-oplossing-voor-mensen-met-dyslexie) verwijst naar de technische problemen die we terug vinden bij voorleesprogramma’s op laptops: batterijtijd van de laptops gaan niet lang mee, een computer draaiende op windows vraagt optimalisatie van iemand die hier technisch mee kan omgaan, en ten slotte geeft hij aan dat het delen van bestanddelen onder meerdere leerlingen traag kan verlopen. Deze problemen zouden volgens de auteur verholpen kunnen worden wanneer men gebruik maakt van een iPad.

Tegenwoordig kan je een pdf laten voorlezen door je iPad zonder dat je hiervoor speciale programma’s nodig hebt of moet aankopen. Dit kan door de schermlezer te activeren (VoiceOver) waardoor je iPad alle teksten die je selecteert kan voorlezen, en dit zowel voor pdf, digitale boeken als op het internet. In tegenstelling tot dyslexiesoftware is er geen meeleescursor die woorden en/of zinnen aanduidt tijdens het lezen. Bovendien werkt de dyslexiesoftware niet op de iPad. Een ander nadeel is de hoge kostprijs van de iPad.

Een verdere optimalisatie van de iPad kan leerlingen met een leerstoornis helpen. Het zorgbeleid van een school dient hier echter goed op afgestemd te zijn. Er is nood aan deskundigheid, zowel op vlak van kennis, vaardigheden als attitudes over ICT, voor specifieke doelgroepen binnen de school. Ook samenwerking en ondersteuning met ouders, expertisecentra, enz. is belangrijk.

2 opmerkingen:

  1. Brochure: dyslexiesoftware! En nu? (2011, 44 pagina’s)

    Digitale bron: http://www.ond.vlaanderen.be/publicaties/eDocs/pdf/445.pdf

    Aansluitend bij het artikel van Elke, is deze brochure een hulp bij de toepassing van software die leerlingen met leesmoeilijkheden en schrijfproblemen kunnen gebruiken.
    Voor ouders, leerkrachten, vrijwilligers en CLB-mederwerkers kan deze handleiding een antwoord bieden op vele vragen rond de toepassing van ICT en dyslexiesoftware in de klas en thuis. In scholen worden experimenten ingezet waarbij leerlingen met dyslexie een laptop in de klas kunnen gebruiken. Spijtig genoeg wordt het gebruik van de computer bij deze moeilijkheden te weinig aangemoedigd en toegepast in scholen (p. 13).
    Een eerste stap in de goede richting is de organisatie van een werkgroep die zich bezig houdt met deze problematiek in de school. Als het technisch lezen erg moeizaam gaat, verliezen kinderen heel veel inhoudelijke informatie. Voorleesprogramma’s kunnen hier redding brengen en ervoor zorgen dat de leerlingen niet ‘geïsoleerd’ raken in de klas. De intellectuele capaciteiten van leerlingen met dyslexie blijven op die manier gegarandeerd. Het is niet omdat schrijven en lezen moeilijk gaat, dat interesses en (leer)talenten minder zijn.

    Toch zijn er heel wat vragen die begeleiders/leerkrachten van leerlingen met lees- en schrijfmoeilijkheden zich stellen. Enkele van de vragen die aan bod komen en waarop de brochure antwoord geeft, zijn de volgende:
    - Hoe leer ik als begeleider van een kind met lees- en schrijfmoeilijkheden de aangeboden software efficiënt gebruiken?
    - Waar vinden we het digitale materiaal?
    - Wanneer/op welke leeftijd wordt de hulp van ICT het best ingezet bij leerlingen met deze moeilijkheden?
    - Hoe past dergelijk ICT-gebruik binnen de eindtermen en doelstellingen?
    - Voor welke leerlingen overwegen we het gebruik van dergelijke software in de klas?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Bedankt, Daphne, voor je reactie op mijn bericht.
    De aanwezigheid van een werkgroep die zich richt op deze problematiek is inderdaad een goed idee. Het is immers belangrijk dat er voldoende expertise aanwezig is binnen een school om kinderen met lees- en schrijfmoeilijkheden te ondersteunen. Het zou bovendien zeer interessant zijn wanneer leerkrachten deze expertise ook kunnen uitwisselen met andere scholen. Daarnaast is het ook belangrijk dat dit voldoende gedragen wordt door alle leerkrachten binnen het schoolteam, en niet door enkele geëngageerde leerkrachten.

    BeantwoordenVerwijderen